Uncategorized

EcoNatura voor de Rewilding Foundation samen met Zimbri Park en FREE Nature hebben een projectvoorstel voor herintroductie van de wisent of Europese bison in de Roemeense Karpaten voorgelegd aan een Engelse financier voor Rewilding projecten. Het project zal in het kader van duurzame ontwikkeling van een oud dorp bij de Transylvaanse stad Brasov gerealiseerd gaan worden. → Meer informatie over dit project.

Rewilding met wisenten of bisons

Deze cursus over het duurzame gedachtegoed van Gunter Pauli (auteur van het boek en manifest De Blauwe Economie) wordt georganiseerd door Bright Future Labs en vindt plaats op donderdag 10 t/m 12 oktober in de regio Rotterdam (nadere locatie wordt nog gegeven).

De Blauwe Economie staat voor een voortvarende, out-of-the-box en integrale verandering van onze thans vastlopende economie, gebaseerd op ecologische principes en systeem-denken.

Via de Rewilding Foundation (RF) werkt Erwin van Maanen van EcoNatura aan de verwezenlijking van twee projecten:

  1. De herintroductie van de Europese bison (wisent) in de omgeving van Brasov in de Roemeense Karpaten.
  2. De uitbreiding van het wetenschappelijke Tahuamanu Regenwoud Reservaat in het Departement Pando in Noord Bolivia.

De RF als lid van het FIN zal op de Dag van de Natuur 2013 op 4 oktober in Burgers Zoo twee natuurveilingstukken presenteren voor fondswerving voor de bovenstaande projecten. In de veilingcatalogus staan deze stukken en die van andere FIN-leden met tegenprestaties geëtaleerd.

Doe mee aan de veiling en meld u aan.

Lezing over de wolf direct uit het veld

Nu de wolf al weer wat langer bij ons terug is komt dit legendarische roofdier nog steeds regelmatig in het nieuws en werpt discussie op tussen voor- en tegenstanders.

Erwin van Maanen (ecoloog, roofdierdeskundige) van EcoNatura geeft al meer dan 10 jaar informatieve en objectieve wolvenlezingen voor een uiteenlopend publiek en diverse doelgroepen. Erwin is tevens co-auteur van het boek De wolf terug, eng of enerverend en is co-redacteur en schrijver van een nieuw Engels boek over de wolf.

Deze lezing over wolven is gebaseerd op:

  • Beschermingsprojecten voor de wolf in Europa (o.a. in samenwerking met wijlen Prof. dr. Jan van Haaften).
  • Langdurig ecologisch onderzoek naar wilde wolven.
  • Onderzoek naar de relatie tussen mensen en wolven, heden en historisch.
  • Zeer brede en diepgaande literatuurkennis van dit fascinerende roofdier.
  • Samenwerking met andere internationale wolvendeskundigen.

→ Voor meer informatie of boeking van de wolvenlezing

De lezing geeft – in een notendop –  veel relevante en eerstehands informatie over de wolf, met vertoning van uniek en spannend beeldmateriaal. Erwin vertelt boeiend, laagdrempelig en vanuit eerstehands ervaringen met wolven in het veld, soms met ontmoetingen heel dichtbij.

De lezing kan worden gegeven voor een algemeen publiek of toegesneden op publieksconsultaties over de wolf. Zo zijn er inmiddels meerdere onafhankelijke wolvenlezingen gegeven voor gemeente en provincie.

Alles wat men over de wolf wil weten

Het volgende passeert onder meer de revue:

  • De wolf als groot roofdier met belichting van belangrijke aspecten van zijn leefwijze en gedrag, bijvoorbeeld over wat wolven zoal eten.
  • De (historische) relatie tussen mensen en wolven. Was of is de wolf werkelijk gevaarlijk of is dat echt een sprookje.
  • Herstel en terugkeer van de soort in cultuurlandschappen van Noordwest Europa en in Nederland.
  • Een intieme blik in het leven van wolven in het moderne cultuurlandschap met beschouwing van hoe de wolf daar kan leven, zoveel mogelijk afzijdig van de mens.
  • Op het spoor van de wolf en hoe herken je dat?
  • Over duurzaam en zoveel mogelijk conflictvrij samenleven met de wolf.
  • De betekenis van de wolf als ecologische sleutelsoort en indicator voor wildere natuur.

Beheer- en ontwikkelingsplan natuur

In een stille zuidoosthoek van bosgebied Oostermaat Lettele (Gemeente Deventer) ligt een oude eendenkooi van rond eind 19e eeuw als onderdeel van een groter jachtgebied; toen in eigendom van een welgestelde familie. Het gebied is thans in eigendom en beheer van IJssellandschap.

De eendenkooi is door de tand des tijds ingekapseld in een rommelige stadium van bos met onder meer veel bospest en ontsierend productienaaldhout; en aan verdroging en verlanding onderhevig. Het bos met kooi vraagt om cultuurherstel samen met ecologische versterking. Het bos is van belang voor entomofauna (waaronder de kleine ijsvogelvlinder), herpetofauna (o.a. de kamsalamander), bos- en watervogels en zoogdieren (vleermuizen, boommarter). Deze soorten zijn sturend voor het beheer.

IJssellandschap heeft EcoNatura gevraagt om onderzoek te doen naar de huidige en potentiële ecologische waarden samen met vervaardiging van een beheer- en ontwikkelingsplan natuur (BOP). De ontwikkelingen zullen in blogvorm op deze site worden vastgelegd.

Untitled-2

Op 22 juni 2013 werd het mini-symposium over cameratrapping (Cameravallen in actie) op Natuurplaza in Nijmegen gehouden. De dag – georganiseerd door ecologisch onderzoeksbureau EcoNatura en De Zoogdiervereniging – was bedoeld voor een eerste kennisuitwisseling over de toepassing van cameravallen met oog op het organiseren van meer systematisch onderzoek naar zoogdieren in Nederland. Circa 75 deelnemers van diverse professionele organisaties (adviesbureaus, universiteiten en PGOs) en hobby-ecologen participeerden er in mee.

Afbeelding 024

De presentaties gaven een brede toepassing van cameravallen voor de inventarisatie of monitoring van diverse diersoorten, met veel praktische veldtips gericht op bepaalde soorten.

RenĂ© Krekels van Bureau Natuurbalans beet de spits af met een prachtig en komisch verhaal over wat er in zijn achtertuin leeft, vastgelegd op videobeelden verkregen met een cameraval. Zo was er een bijzondere interactie te zien tussen de ‘huisdas’ en een huiskat, en ook steenmarter en vossen waren regelmatig kind aan huis bij RenĂ©; er leeft meer in onze omgeving dan we denken (look and see)! Erwin van Maanen van EcoNatura gaf vervolgens een overzicht van wat een cameraval is, wat je er allemaal mee kan doen en wat de huidige beperkingen zijn. Diverse voorbeelden van toepassingen in fauna-onderzoek passeerde de revue, lang niet uitputtend. Tim Hofmeester van de Wageningen Universiteit (WUR) gaf verslag van de voorlopige resultaten uit zijn promotieonderzoek naar de relatie tussen fauna en teken, waarbij een grote set cameravallen wordt ingezet en dieren ‘at random’ worden vastgelegd om zo een beeld te krijgen van de abundantie van gastheren. Hiermee wordt gekeken naar de bewegingen van gastheren voor teken;  de cameraval simuleert als het ware een teek die zit te wachten op een langskomend zoogdier waarop het kan aanhaken.

Freek Niewold van Niewold Wildlife Infocentre vertelde ons vervolgens alles over het inventariseren van otters, met veel praktische tips, zoals het neerleggen van een stoeptegel met een bijzondere aantrekkingskracht voor de dieren. En stel je camera goed verborgen op tegen diefstal was een van zijn deviezen!

Na de pauze vertelde RenĂ© Janssen van buro Bionet enthousiast over het onderzoek naar het voorkomen van wilde kat, lynx en boommarter in Zuid Limburg en Vlaanderen, dat hij en Jaap Mulder voor Stichting Ark en in het kader van het Habitat Euregio-project hebben uitgevoerd. Wilde katten komen nog maar schoorvoetend onze grens over, maar de eerste exemplaren zijn geteld; dankzij de cameraval als spion in het bos. Het blijkt trouwens geen sinecure te zijn om een Cyperse huiskat te onderscheiden van een wilde kat. De wilde kat heeft geen donkere hielen, geen rugstreep, vrijwel geen tekening op de flanken, maar wel een duidelijke zwarte ‘dot’ op de staartpunt. Lily Vercruijsse van Oog op Natuur nam ons vervolgens mee naar de weidse landschappen van NamibiĂ«, en vertelde over haar beschermingsonderzoek naar Cheeta’s voor het Cheetah Conservation Fund. Met behulp van cameravallen en statistieken werd de habitatkeuze van cheeta’s in relatie met prooidieren vastgelegd.

In de namiddag gaf onze dagvoorzitter Maurice La Haye van de Zoogdiervereniging een lezing over zijn onderzoek bij Alterra/WUR naar de hamster (‘Korenwolf’) in Limburg. Met behulp van een ‘hamstercam’ in een langwerpige doos (“motorzaag” zoals Maurice het mooi noemde) werden een reeks van jonge en ouderdieren vastgelegd (soms een hele familie), en waarmee ook het gewicht van de hamsters kon worden vastgelegd. Daaruit kwam een bijzonder en nog niet goed verklaarbaar verschijnsel naar voren, namelijk dat de groei van hamsters in het leefgebied in Limburg stijler verliep dan die in gevangenschap.

Jeroen Mos van de Werkgroep Kleine Marterachtigen en ingenieursburo Econsultancy sloot de lezingensessie af met een boeiend verhaal over het gebruik van een cameravaldoos of zogenaamde Mostela, voor het steekproefsgewijs vastleggen van Wezelachtigen (wezel en hermelijn); → zie ook dit artikel. Het sterke vermoeden bestaat dat deze kleine roofdieren door diverse milieu-invloeden sterk achteruitgaan in Europa en meer aandacht verdienen. De Mostela biedt een beproefde mogelijkheid om Wezelachtigen te inventariseren en langer te volgen in relatie tot milieufactoren die op deze dieren van invloed kunnen zijn, maar nog helemaal niet goed zijn onderzocht.

Afbeelding-036

Deze dag biedt mogelijk een basis voor het verder organiseren van een netwerk voor faunaonderzoek met cameravallen door professionele onderzoekers en citizen scientists, binnen de traditie van natuuronderzoek zoals we dat in Nederland kennen. Het opzetten van een website voor de invoer van gegevens uit en als informatiebaken voor gestandaardiseerd zoogdierinventarisatie en –monitoring met cameravallen staat mogelijk in het vooruitzicht. Een goed voorbeeld van een soortgelijk initiatief wordt momenteel in Noord Amerika georganiseerd en heet emammal.

Met dank aan alle sprekers en deelnemers, en de Zoogdiervereniging voor uitstekende hosting en mede organisatie van deze dag!

Begin mei 2013 reisde EcoNatura, ter voorbereiding van een serie publieke wolvenlezingen voor Stichting Ark, naar de regio Lausitz en de deelstaten Brandenburg-Sachsen, in voormalig Oost Duitsland. Het doel was om inzicht te krijgen in het voorkomen van de wolf in relatie tot het landschap als habitat en de verhoudingen met mensen; als referentiebeeld. Tevens werd met cameravallen en sporenonderzoek getracht om wolven in beeld te krijgen.

Het landschap van Sachsen-Brandenburg

Sachsen-Brandenburg tussen Dresden en Berlijn bestaat voornamelijk uit golvend dekzandgebied met uitgesleten beekdalen. In de voormalige DDR is het gebied in hoge mate gebruikt voor bruinkoolwinning. Dit heeft diepe sporen in het landschap achtergelaten in de vorm van weidse afgravingen, meren, mijnbossen en spoorlijnen. Daarnaast zijn grote oppervlakten op de hoger gelegen zandgronden bebost met voornamelijk grove dennen. Tot op de dag van vandaag worden deze eentonige bossen benut voor intensieve houtwinning. Daarnaast is veel areaal ontgonnen voor grootschalige akkers en weiden – vroeger als onderdeel van de voormalige colgozen en de sovgozen –  en gebruikt als militair oefenterrein. De jacht speelt traditioneel een belangrijke rol, en overal staan hoogzitten. ReeĂ«n, alleen of groepjes, zijn een algemene verschijning langs de bosrand of in het veld. Tussen de verspreide dorpen, stadjes, landbouwgebieden, liggen nog redelijk behouden natuurparels zoals beboste beekdalen, meertjes (teichen), loofbossen (oude eikenbossen), hoogvenen en heiden. Bekend is de natuur langs de rivier De Spree en zijn zijriviertjes. Het weidse landschap met verspreide nederzettingen geven vooral de indruk van rust en ruimte, en je kan er uren struinen zonder iemand tegen te komen. De natuur roept vergelijkingen op met het eertijdse cultuurlandschap van Nederland; dus zeker geen wildernis in strikte zin.

Het bolwerk van de wolven in Duitsland

Samen met Fokko Bilijam heeft Erwin van Maanen van EcoNatura zeven dagen lang een serie cameravallen uitgezet, verspreid in de regio Lausitz, onder meer in de naaldbossen van de Lieberose Heide (voormalig militair terrein) en bij Trebendorf. In dit gebied ligt het bolwerk van de wolven in Duitsland met momenteel (vaststelling voorjaar 2013) in totaal 13 roedels (med. Vanessa Ludwig van KontaktbĂŒro Wolfsregion Lausitz), waarvan de territoria nauw aan elkaar liggen maar strikt gescheiden zijn. Elke roedel heeft een naam.

Wat meteen opviel bij het betreden van de bossen was de hoge dichtheid aan ‘wild’, vooral roof- en grofwild (ree, edelhert, damhert en wild zwijn). Daarnaast vonden we veel sporen van marters, vossen, dassen en wasberen. Tevens bleek aan de hand van diverse spraints die we onder bruggen vonden, dat de otter op veel plaatsen langs houtwalbeken voorkomt. In ons huurhuisje zat een nest steenmarters. Al deze dieren kregen we voor de camera, behalve de wolf. We zagen en hoorden veel vogels die in ons cultuurlandschap bedreigt zijn of verdwenen, waaronder de wielewaal, veldleeuwerik en de nachtegaal. In het voorjaar foerageren op de akkers door de hele regio groepjes met kraanvogels. Verder zijn vogels als buizerd, rode wouw, zwarte wouw, zwarte specht, groene specht, bosuil, kerkuil, appelvink, goudvink, gekraagde roodstaart, tapuit en de raaf er algemene verschijningen. Langs de meren van de voormalige bruinkoolwinningen kun je zeearenden, visarend, nachtzwaluw en oehoe ontmoeten.

Nieuwsgierige wolven

Samen met Stephan Kaasche en zijn speurhond Bobby gingen we op zoek naar wolven in een groot bosgebied en voormalig bruinkoolwinningsgebied (Tagebau) bij Hoyerswerda. Stephan verteld ons dat het gebied jaren geleden te koop werd aangeboden aan de Deutsche Bund, een natuurontwikkelingsorganisatie. Maar door de bombarie die ontstond door het overenthousiasme van deze ‘GrĂŒnen’ en de argwaan van lokale mensen, is het uiteindelijk aan een particuliere bosbouwondernemer verkocht. Het gebied is groots en verlaten, en mensen komen er amper. Vroeger mocht je er niet komen vanwege gevaren en dat speelt nog steeds in de gedachten van mensen, volgens Stephan. Al snel vind Bobby een wolvenkeutel langs een bospad.

Stephan vertelt ons over de methode om het spoor zorgvuldig vast te leggen, met een meetlat en fotografie van de situatie. Stephan heeft al meermaals wolven gezien. Een leuke anekdote is dat hij en zijn hond Bobby een keer werden achtervolgd door een wolf. Bij omkijken verschool de wolf zich even, om vervolgens de achtervolging weer in te zetten. Stephan denkt dat wanneer je vaak met een hond in een bos met wolven loopt, dat wolven dan nieuwsgierig worden naar die ene indringer; vooral jonge wolven kunnen nieuwsgierig zijn. De afgelopen tijd zijn er in de regio meer meldingen van wolven die hun schuwheid ten aanzien van mensen lijken te verliezen en een enkel roedel heeft zich zelfs gevestigd op een beboste heuvel in een ‘druk’  recreatiegebied bij het stadje Spremberg. Toch is er al die tijd niemand door een wolf aangevallen. Vrijwel alle bewoners hebben “nog geen wolf gezien”, maar soms wel gehoord. Verderop langs het meer vinden we nog meer wolvenkeutels en voetprenten bij een dood wild zwijn (→ meer over sporen van wolven). Een tiental zeearenden en enkele raven vliegen op wanneer we het kadaver benaderen.

De aanwezigheid van wolven is maar voor een deel bekend bij de bevolking. De meningen erover verschillen van onverschillig tot enige angst. Een oud grenswachter uit de DDR-tijd verteld dat er al langer wolven in het gebied aanwezig zijn, al sinds de midjaren ‘70 van de vorige eeuw. Toen waren grote delen van het grensgebied met voormalig Tsjecho-Slowakije ontoegankelijk en verlaten als bewaakt en militair oefenterrein. Enkele wolven werden er  getolereerd, maar daarbuiten vervolgd. Formeel is de laatste wolf in Duitsland (Der Tiger von Sabrodt) in 1904 in het bos van Hoyerswerda (Sachsen) afgeschoten. Bij het doden van de laatste wolf werd in Duitsland veelal ook een gedenkmonument opgezet. Pas in 2001 werd de vaste aanwezigheid van wolven in de Lausitz-regio en voor Duitsland weer formeel vastgesteld.

Komst van de wolf naar Nederland?

Pas in het voorjaar 2002 van, 12 jaar na de eenwording van Duitsland, werd overduidelijk dat de wolf  vaste voet aan de grond had gekregen in dit deel van Duitsland; mid-jaren ’90 waren er echter al wel incidentele waarnemingen op de Muskauer Heide. Het begon met de predatie van enkele schapen bij een schaapsherder.  De media schonk er veel (negatieve) aandacht aan; oude vooroordelen kwamen weer naar boven. Gesa Kluth en Ilka Reinhardt – beide biologen van het tegenwoordige Wildbiologische BĂŒro Lupus – namen de taak op zich om de situatie te kalmeren, voorlichting te geven en onderzoek naar de wolven uit te voeren; onder meer het monitoren van gezenderde wolven. In 2003 werd voor het eerst voortplanting voor het NeustĂ€dter roedel vastgesteld. Hierbij bleek het te gaan om een kruising tussen een herdershond en de wolvin. De hybride jongen moesten uiteindelijk worden weggevangen.

De wolven van Lausitz stammen van Poolse wolven af, mogelijk van een roedel uit de omgeving van Poznan. Jonge dieren uit het bolwerk in Lausitz trekken vervolgens honderden kilometers ver weg op zoek naar nieuwe leefplekken, in alle windrichtingen. Zwervende wolven in Duitsland zijn echter al sinds 1945 bekend; toen al dicht bij onze grens. Steeds meer wolven trekken vanuit Lausitz westelijk en naderen steeds dichter onze grenzen, vooralsnog eenzame individuen, die mogelijk een nieuwe roedel kunnen stichten met individuen uit populaties in het zuiden van Frankrijk, uit ItaliĂ« of oostelijker uit de Karpaten. Op 27 augustus 2011 werd hoogstwaarschijnlijk een wolf door meerdere mensen gezien en vastgelegd bij Duiven in Gelderland (lees meer). Het dier leek behoorlijk gedesoriĂ«nteerd te zijn tussen de autoshowrooms langs de A12. Daarna werd niets meer van het dier vernomen. Mogelijk was ook de ‘Waaslandwolf’ of ‘Isegrim’ in Zeeuws Vlaanderen – eerder in 2000 – een heuse wolf in ons land. Begin april 2013 werd bij het Duitse Meppen, op een militair oefenterrein, ongeveer vijftien kilometer van de Nederlandse grens bij Emmen (Drenthe), een wolf met een cameraval vastgelegd. Ook in de regio Emsland bij OsnabrĂŒck en in WalloniĂ« zijn onlangs wolven gezien en gefotografeerd.

De meeste dieren die deze kant opkomen zijn waarschijnlijk diaspora uit de Lausitz-populatie, zoals de wolf die eind vorig jaar dood in noord Denemarken is gevonden; deze had een afstand van minstens 850 km afgelegd. Toch komen er ook wolven van verder weg. Zo bleek een wolf die “per ongeluk” door een jager in het Westerwald bij Koblenz was doodgeschoten een Italiaanse te zijn. Het zal echter nog jaren duren voordat het eerste wolvenpaar elkaar vindt op Nederlandse bodem en dan is het de vraag of daar een roedel uit voorkomt en of er voldoende ecologische draagkracht is voor meerdere roedels.

In Nederland werkt Alterra samen met Stichting ARk/Wolven in Nederland en de Universiteit van Tilburg momenteel aan een maatschappelijk gedragen en juridisch gestaafd “wolvenplan”, dat in jaar 2013 zal worden vastgesteld.

Over mensen en wolven

Inmiddels zijn de gemoederen rond de wolven in Lausitz bedaard. Stephan verteld dat schadepreventie vruchten heeft afgeworpen. Draagbare elektrische hekwerken goed op spanning – eventueel met afschrikkende vlaggetjes (fladry in het Engels of fladders in het Nederlands)  – zijn behoorlijk effectief in het buiten houden van wolven  Speciale herdershonden – zoals de Italiaanse Maremma’s  of Pyreneese schapenhonden- die in de schaapskudde opgroeien en zich fel op een wolf richten, kunnen additioneel worden ingezet. Het onderhoud van deze honden is echter kostbaar en door ‘ongebruik’ en doorfokken kan de felheid om een schapenkudde te verdedigen er uit zijn. Daarnaast neemt een goede compensatieregeling voor onverhoopt verlies van landbouwhuisdieren veel zorg en heibel weg. Een voortvarende samenwerking en coördinatie tussen lokale overheden, natuurbeschermingsorganisaties, politie en een belangrijk deel van de jagers en boeren is onontbeerlijk bij het afweren en mitigeren van problemen met wolven. Publieksvoorlichting en educatie is eveneens van blijvend belang en wordt bevorderd door het KontaktbĂŒro Wolfsregion Lausitz en Wolfwandern.

Leven als een wolf in Duitsland

De wolven in Lausitz hebben een ‘goed leven’. Ze profiteren van de uitgestrekte en dichte productiebossen en militaire oefenterreinen, en jagen achter deze coulissen met gemak op het vele roodwild (vooral reeĂ«n). Ze hebben beschikking tot veel wilde prooidieren, rust en ruimte en zijn beschermd; de vier voornaamste ecologische randvoorwaarden voor vestiging en overleving. Soms komt het tot een conflict met mensen wanneer wolven zich vergrijpen aan een schaap of kalf.  Een enkele keer verongelukt een wolf in het verkeer. En nog steeds zijn er lieden die op een wolf schieten als ze het dier in het vizier krijgen; helaas ook in Lausitz, zo bleek onlangs bij autopsie van een oud wolfenwijfje.

Terug bij ons huurhuisje bij Golßen – 80 km noordwest van de kern van het wolvengebied in Lausitz-  gaan we op zoek naar ‘onze’ wolf, want in de bossen rondom moeten toch ook wolven voorkomen. Het dichtstbijzijnde bekende roedel leeft op de Lieberose Heide, ca. 40 km oostelijk. Het zou hier best kunnen gaan om pionierende enkelingen die nu nog heimelijk ronddolen? Een bewoner verteld ons namelijk dat ’s de laatste tijd ’s nachts de honden fel aanslaan in het dorp.  Langs de rand van een zandige brandgang door een bos in de buurt vinden we het kadaver van een jong wild zwijn, met

mogelijk een wolvenkeutel ernaast.

Meer lezen over de wolf in Duitsland en in Lausitz:

→ Meer over wolven (literatuur)

→ Presentatie over de wolf

Op 22 juni 2013 organiseert EcoNatura samen met de Zoogdiervereniging een lezingendag over de toepassingen, verbetermogelijkheden en beperkingen van cameravallen in ecologisch onderzoek naar dieren. Het evenement vindt plaats in Natuurplaza, bij de Radboud Universiteit in Nijmegen.

De doelstelling van deze dag is om een aantal belangrijke technische en ecologische aspecten van cameravallen in dieronderzoek de revue te laten passeren, geïllustreerd met gebruiksvoorbeelden uit Nederland en buitenland. Daarmee willen we tevens de informatiebehoefte voor verdere optimalisering en eventuele standaardisering voor een (netwerk?) fauna-monitoring met cameraval-technologie in kaart brengen. Hierbij wordt tevens wordt ingegaan op de voor- en nadelen van (verschillende typen) cameravallen, verscheidene toepassingen/ervaringen bij verschillende diersoorten of andere ecologische doelstellingen, en analysemethoden. Het is vooral een dag om ervaringen te delen en wellicht daarmee toe te werken naar een georganiseerd en gecoördineerd netwerk voor fauna-onderzoek met cameravallen in Nederland.

Het programma is nog niet helemaal rond, maar we kunnen alvast verklappen dat het een boeiende dag zal worden met uiteenlopende onderwerpen en mooi beeldmateriaal.

Deelname is gratis maar men dient zich wel aan te melden bij de Zoogdiervereniging. Nadere informatie over het programma.

Verplicht aanmelden kan nu al via de volgende link bij de Zoogdiervereniging.

Op 20 april organiseert de Zoogdiervereniging de Zoogdierdag. Het belooft een bijzondere dag te worden met diverse lezingen. Zie hier het programma.

Econatura geeft er namens de Werkgroep Kleine Marterachtigen en Projectgroep Marteronderzoek Overijssel een lezing over onderzoek naar marterachtigen, met als titel: “Big Brother is watching you”: een blik in het leven van marterachtigen met cameravallen.

Ons onderzoek naar het voorkomen en verbreiding (landschapsecologie) van de boommarter in de IJsselvallei heeft nieuwe resultaten opgeleverd. In een nieuwe sessie met cameravallen dit voorjaar hebben we op twee plaatsen ten noorden van Deventer boommarters aangetoond en mogelijk een nestplaats gevonden. De soort is dus zeer waarschijnlijk gevestigd aanwezig. De omgeving van Deventer kenmerkt zich voor Nederlandse begrippen door een hoge biodiversiteit, met bijzondere diersoorten als rivierrombout, knoflookpad, kamsalamander, ooievaar, havik, wespendief, slechtvalk, middelste bonte specht, zwarte specht, steenuil, bever, otter, boommarter, steenmarter, das, hermelijn en wild zwijn.

Econatura geeft een lezing over dit onderzoek op de Landelijke Zoogdierdag op 20 april in Natuurplaza, Nijmegen. Meer over dit onderzoek in een presentatie voor het Conservation Biology Centre van de Radboud Universiteit in Nijmegen.

vlcsnap-2013-04-04-16h11m52s172

Nieuwsarchief